Aantal zittenblijvers in Aalst hoger bij anderstalige leerlingen

Vorig schooljaar lag het aantal leerlingen dat in de Aalsterse scholen te kampen heeft met een schoolse vertraging van minstens 1 jaar het hoogst bij de groep anderstaligen. 47,9% van deze leerlingen in de lagere school kende toen een leerachterstand, tegenover 15,6% van de Nederlandstalige leerlingen. In het secundair was dit zelfs 68,5%, tegenover 29% van de Nederlandstalige. Dat leidt Kamerlid Sarah Smeyers (N-VA) af uit de Integratiemonitor van 2011, een rapport gepubliceerd op initiatief van Vlaams minister van Inburgering Geert Bourgeois (N-VA). “Blijkbaar hebben nog erg veel anderstalige leerlingen in Aalst een leerachterstand. We moeten ervoor zorgen dat zij geen verloren generatie worden en maximaal inzetten op taal en inburgering,” aldus Smeyers.

“De kennis van het Nederlands is niet enkel belangrijk op school, maar ook in andere dagdagelijkse contexten. Daarom moeten anderstalige jongeren bijvoorbeeld ook in winkels of bij de openbare diensten maximaal worden aangespoord om het Nederlands te gebruiken. Dit bevordert hun sociale contacten, en dus hun integratie in de samenleving,” onderstreept Smeyers. 

N-VA wil dat anderstaligen volwaardig en met gelijke kansen meedraaien in onze maatschappij. Smeyers: “Het leren van het Nederlands – en dat begint voor anderstaligen helaas pas op school – is essentieel om niet met een achterstand aan de schoolloopbaan te beginnen.”

N-VA Aalst heeft alle schooldirecties uitgenodigd voor een gesprek om dit probleem te bespreken. Smeyers: “We willen op die manier naar werkbare oplossingen zoeken, zodat ook anderstalige leerlingen in de toekomst maximaal hun weg in onze samenleving vinden.”